Over Godefridus Megens

Godefridus Megens was gedoopt 11-11-1766 te Deursen als zoon van Henricus Megens en Maria Vincentii Maas
Hij trouwde drie maal:
1. Op 18-03-1793 te Deursen met Anna Maria van der Burgt. Zij was gedoopt op 14-01-1768 te Demen als dochter van Johannes van de Burgt en Maria van Leur. Zij werd begraven op 08-02-1803 te Macharen.
2. ±1803 Digna Bekkers, ged. 19-02-1776 te Macharen als dochter van Lambertus Beckers en Antonia van de Kamp. Overleden op 06-11-1803 te Macharen en begraven op 10-11-1803 te Macharen; ze staat genoteerd als Megens, de naam van haar man)
3. Op 01-01-1804(schepenbank) en 23-08-1807(kerk) met Hendrica de Reuver (minderjarig). Zij was gedoopt 24-05-1785 als dochter van Joannes de Roover en Maria Anna Huus. Zij overleed 13-10-1869 te Megen.

7 mei 1803
175 stad Megen, prothocol van Macharen; akte van overeenkomst van G. Megens, koster en schoolmeester te Macharen, weduwnaar van Maria van den Burght en hertrouwt met Dingna Beckers, met de voogden van zijn vier kinderen uit zijn eerste huwelijk inzake de waarde van de boedel; afschrift , 7 mei 1803
https://proxy.archieven.nl/235/BD8162AD3C5449CF9A5F2773B8231438

03-11-1803
116 Godefridus Megens en Dingena Beckers, echtelieden te Macharen maken hun testament. Dingena Beckers ligt ziek te bed, maar beiden zijn hun verstand en memorie machtig. Zij benoemen elkaar tot universeel erfgenaam en legateren een aantal zaken.
https://proxy.archieven.nl/235/1DC966B9E9D24C9ABF2F2C4F4A85D65B

Op 05-09-1814 werd te Macharen geboren Dingena Megens als dochter van Godefridus Megens en Johanna Maria de Reuver. Zij overleed op 26-11-1816 te Macharen als dochter van dezelfde ouders. Dit is ongetwijfeld een fout gemaakt door degene die de registratie maakte. Vermoedelijk zijn alle gegevens kloppend, behalve de naam van de moeder. Die zou moeten zijn: Hendrica de Reuver.

27-06-1816
128 Godefridus Meegens, schoolonderwijzer te Macharen verklaart f 500,– schuldig te zijn aan Bastiaan Adriaan Holster, procureur te ’s-Hertogenbosch. Als extra borg stelt zich Geert Aarts, looier en schoenmaker te Oss. Godefridus Meegens stelt als onderpand een huis en hof te Macharen en genaamd Drievoort, grenzend ene zijde Roelof de Reuver, andere zijde weduwe van Johannes Smits en beide einden de straat; alsmede perceel weiland aldaar, genaamd Grote Hoeven en bouwland aldaar, genaamd de Bulk. Geert Aarts stelt als onderpand een huis met hof en looierij te Oss aan de stadswal, grenzend een zijde en ene eind de stadsgracht, andere zijde de stadswal en ander eind de Klaphekkenstraat; alsmede bouwland te Oss op de Lograaf, op de Ooievaarsnest, aan het Heugelaarspad op het Schaijksche veld en op de Kant. Als extra borg stelt zich Nicolaas van Bergen, bouwman te Macharen.
https://proxy.archieven.nl/235/9D2EB2A8762448A5B7C1286EC0D8CC2E

In 1833 ging Megens met pensioen (bron: Gerard Ulijn)

In de bewonerslijst van Ulijn in 1808 staat Godefridus Megens genoemd in huis nummer 54. Zijn beroep is koster en schoolmeester. Het huis nummer 54 is dus vermoedelijk het huis naast de school bedoeld voor de schoolmeester/koster. Gerard Ulijn vertelde mij daarover:

De nummering van de huizen begon men te registreren vanaf een herkenbaar en belangrijk punt. In het geval van Macharen lijkt me dit de kerk te zijn en zijn de lage nummers dicht bij de kerk en de hoge nummers ook, omdat men dan de ronde compleet had.

Volgens de bevolkingsregistratie in 1826 woonde Godefridus met zijn vrouw Hendrien de Reuver en hun zes kinderen (Hendrika, Leena, Jacoba, Jan, Gerardus en Wilm)  in Hoogstraat 25. Bovendien woonde hier Maria Megens, 33 jaar oud, ongehuwd en geboren in Deursen. Zij was een dochter uit het eerste huwelijk van Godefridus, met Maria  van der Burgt.

Godefidus en zijn gezin waren in Hoogstraat 25 komen wonen doordat ze huurden van Maria Anna Hoefs vanaf 1817. Tien jaar later (1827) zou het huis verkocht worden aan Adrianus de Bie.

In 1839 woonde Godefridus, 73 jaar en onderwijzer in ruste en nu koster, met zijn vrouw Henderika de Reuver in Hoogstraat 34 met drie kinderen, te weten Maria, Hendrica en Gerardus Megens. Ze waren dus verhuisd van Hoogstraat 25 naar dit nieuwe adres. Maria zou overlijden in 14-03-1843 als dochter van Godefridus Megens en Maria van der Burgt.
Dit adres was dus vermoedelijk de nieuwe schoolmeester – /kosterswoning. Ook de nieuwe onderwijzer woonde daar:
In Hoogstraat 34 woonden ze samen (in totaal 9 personen) met een andere onderwijzer met zijn gezin (de opvolger in 1833 van Godefridus) te weten Cornelis Jan Francis van de Laar(28) en zijn vrouw Elizabeth Hendrica van Doorn(27) en hun kinderen.
Bovendien woonde in dat huis, Hoogstraat 34, Gijsbertus van Schadewijk die later zou wonen in Hoogstraat 25, na de periode dat Adriaan de Bie er had gewoond (1827 – 1845).
Volgens het bevolkingsregister dd 1 januari 1850 woonde onderwijzer van de Laar nog steeds in Hoogstraat 34. Godefridus was met zijn gezin verhuisd naar huis nummer 12a

Godefridus overleed 01-01-1856 te Megen
Hendrica de Reuver overleed 13-10-1869 te Macharen, als dochter van Johannis de Reuver en Maria Anna Haas

StamSite