Op een goede dag kreeg ik een enorme hoeveelheid onderzoeksmateriaal toegestuurd door Rob van Koert, over de familie Stam en aanverwante families. De oorspronkelijke achternaam van zijn moeder is Stam.
Hij was veel eerder dan ik bezig geweest met die familie, want ik was nogal gefocust op de familie Pool. Het probleem waar hij in zijn onderzoekingen op was gestuit was het feit dat de oudste Stam die hij had gevonden: Johannes Stam (*1801), toen hij trouwde in 1824, niet kon bewijzen wie zijn ouders waren. Ze waren niet aanwezig en hij had er ook geen papieren van. Johannes wist wel de namen (Nicolaas Stam en Hendrika Broeks) maar verder kende hij ze niet en hij wist ook niet of ze nog leefden en zo ja waar (Nicolaus en Hendrika leefden nog want die zouden overlijden in resp. 1855 en 1836). Gelukkig waren er in ieder geval de namen, en zo kon Rob als een ware speurder een stel met die namen in Den Haag vinden. Maar het bewijs was er niet.
Enfin, ik heb al zijn gegevens verwerkt, en gewikt en gewogen hoe ik met zijn gegevens over de oudste voorvader zou om gaan. Uiteindelijk heb ik de knoop doorgehakt en de volgende conclusie getrokken:
Ene Nicolaas Stam trouwde in Amersfoort met ene Hanna Both (jan. 1798). Hij verwekte bij haar een kind (*oct. 1798) en vervolgens ging hij als militair op pad. In de militieregisters staat hij vermeld met als geboortedatum 05-12-1777. Die vermelding is onjuist. Klaas werd gedoopt op 5 feb. 1776 te Amersfoort als zoon van Gerardus Stam en Joanna Boon.
Tijdens zijn omzwervingen belandde hij in Den Haag. Daar kreeg hij een relatie met Hendrika Broeks en bij haar verwekte hij twee maal een kind (*nov 1799 en *apr. 1801, bovengenoemde Johannes). Een jaar na de geboorte van het tweede kind trouwde Hendrika met een andere militair: Derk Stammers (apr. 1802).
Nicolaas keerde inmiddels terug naar zijn wettige echtgenote en kreeg met haar nog eens acht kinderen (tussen 1802 en 1816).
Rob van Koert had tevoren de volgende overwegingen bij zijn onderzoek naar Nicolaus Stam:
“De eerste gegevens die ik van hem (Nicolaas Stam) vond waren in de Militaire boeken in het Nationaal Archief Den Haag (voorheen ARA). Met grote zekerheid valt natuurlijk niet te zeggen dat Klaas Stam uit Amersfoort dezelfde is als Nicolaas Stam in Den Haag, maar er viel wat voor te zeggen, te meer daar ik in de archieven van Zuid-Holland geen andere Klaas of Nico kon vinden die aan het vaderschap van Johannes Hendrik en Elisabeth Stam konden voldoen. (Rond Dordrecht bevindt zich namelijk ook een groot geslacht Stam en volgens mij in het noorden, Groningen, ook).
Daar hij militair was, en het bovendien een zeer onrustige periode in de vaderlandse geschiedenis was, lag de Amersfoortse Klaas het meest voor de hand, maar 100% waterdicht kan ik het niet aantonen, alleen aangeven.
Opvallend is wel dat Elisabeth en Johannes Hendrik Stam in Den Haag worden geboren tussen 1799-1801, terwijl de kinderen van Klaas Stam er voor en er na worden geboren. Toeval!!!??? Het is niet totaal ondenkbaar dat militairen die voor langere tijd, al dan niet ver van huis en haard worden geplaatst een scheve schaats rijden met een ander dan hun wettige echtgenotes.”
De militair Nicolaas Stam werd dus met zijn eenheid geplaatst in Den Haag en daar moest hij een onderkomen vinden. Dat lukte in de rosse buurt. Het vak van wever dat hij eigenlijk beoefende moest maar even worden uitgesteld, en Hanna Both, zijn echtgenote was ver weg in Amersfoort en die moest zich dus alleen zien te redden. Hij vond onderdak bij de winkelierster Hendrika Broeks. Die kon een extra centje wel gebruiken en ze verhuurde dus een of meer kamers van haar huis. De winkel stond aan de Uilebomen, een gracht in Den Haag die er nog steeds is. Daar zullen Nicolaas en Hendrika wel een romantische tijd hebben gehad.
De 18e-eeuwse schrijver Jacob Campo Weyerman liet in zijn “De Echo des Weerelds” uit 1726 zeggen: ‘Ik verdoolde uyt die Saal tot onder de Uyle-boomen (waarschynlyk door een Sympathetische Neyging die een Auyheur heeft voor zyns gelyk) en aldaar vroeg ik aan een Kasteleyn in Snorwater, die over een halve Deur hong als een gulde Vlies, Hoe dat die Straat gedoopt was? Dit Quartier, Vriend (andwoorde hy) wort de Uyleboomen genoemt, en is enkelt gesticht voor de Gezondheyt, voor het Gemak, en voor het Vermaak der subalterne Land-Officieren, als Corporaals, Kapiteyns-d’Armes, Gevrydens, en ook voor die Heeren van Acht en twintig Stukken van Achten, die niet voorzien zyn met de voornoemde staatelyke Ampten en Digniteyten. Dit Quartier is zo berucht wegens de herhaalde Offerhanden der jonge Dochters voor ‘’t Gebruyk van die Heeren, dat’er geen Roos van Sestien jaaren bekent geweest is, t’zedert het leggen van de eerste Steen. Daar en boven hebben de Dames van dit Quartier zo een Liefde voor den Degen en zo een Haat tegens den Tabbaert, dat een Soldaat meer Gonst zal genieten voor een Krygsmans Vloek, als den voornaamste Winkelier faveurs zal ontfangen voor een Ons Point d’Espagne.’, …. een toespeling op de in de straat bedreven ontucht.
Overigens was de militaire loopbaan van Nicolaas Stam langer dan die twee jaar: Volgens de Militaire Stamboeken was Klaas van febr. 1790 tot 7.8.1795 als kanonnier verbonden aan de Compagnie Rijdende Artillerie onder kapitein Huegenin. Op 6.6.1796 had hij voor 6 jaar getekend bij de 1e Compagnie der Bataafsche Rijdende Artillerie en diende derhalve bij de Kleine Staf onder kapitein Cordes in het garnizoen Heusden. De op zijn conduitestaat vermelde lengte bedroeg 5 voet, 5 duym en 25 streek (omgerekend ongeveer 1,75 meter). Hij was Rooms Katholiek.
Ik ben dus naar alle waarschijnlijkheid een nakomeling van een kind dat verwekt is in die buitenechtelijke relatie met Hendrika Broeks. Twee maal kreeg Hendrika een kind met Nicolaus. Het eerste kind leefde slechts twee maanden: Elisabeth, geboren op 20-11-1799 te Den Haag, overleden op 17-01-1800 te Den Haag, 58 dagen oud. Overleden aan ’t zuur, wonende aan de Uilebomen.
Het tweede kind van Hendrika en Nicolaus is mijn voorvader: Johannes Hendrik (Jan) STAM, schoenmaker, geboren op 03-04-1801 te Den Haag, gedoopt op 05-04-1801 te Den Haag, overleden op 08-04-1845 te Den Haag op 44-jarige leeftijd. Overleden aan pleuritis.